Ludwig Volbeda is de verrassing van 2018. In het begin van zijn illustrator carrière won hij al de Fiep Westendorp Stimuleringsprijs maar dit jaar blies hij iedereen omver. Met het derde boek dat hij illustreerde won hij het Gouden Penseel.
En terecht! Als je de cover van Fabeldieren eenmaal hebt gezien, gaat het niet meer van je netvlies af. Het monster op de voorkant kijkt je recht aan. Het is een onweerstaanbare uitnodiging om het boek op te pakken. Je wil het verslinden voordat het monster jou verslindt.
Dit was het tweede boek dat ik van Volbeda las. Eerder las ik al het door hem geïllustreerde ‘De Vogels’ van Ted van Lieshout en dat verraste me op een zeer positieve manier. (lees de recensie hier)
Wat in beide boeken opvalt is het minutieuze gevoel voor detail. Als lezer moet je regelmatig (bij elke tekening…) even stoppen om alles goed te bekijken. We spraken de talentvolle illustrator voor de illustrator- estafette van deze maand.
Ludwig, wat leuk dat je mee wil doen aan de illustrator- estafette van Kinderboeken. Voor wie jou nog niet kent: kun je de leden kort vertellen wie je bent?
Ik ben Ludwig, 28 jaar, tekenaar en illustrator. Ik heb gestudeerd aan de AKV Sint Joost in Breda, nu woon en werk ik in Amsterdam.
Op het moment dat ik dit typ, zit ik aan een nieuwe tekentafel, in een huis waar ik net ben ingetrokken. Links op de tafel ligt een opengeslagen schetsboekje vol met kleine tekeningetjes, en een kladblok met daarop Paul Klee; ‘Vinexwijk’ en een opengeslagen adressenboekje. Mijn telefoon staat uit en ik luisterde net een podcast over de geschiedenis van de radio (‘Hallo, hier Hilversum’).
De muur voor mij is nu nog leeg, maar dat zal niet lang zo blijven. Ik hang graag mijn schetsen op, als een behanglaagje van werk. Rechts op de schouw staat een lijstje met een tekening van een berglandschap, een cadeautje voor mijn vriend. Toen we elkaar net kenden, ging hij achtien dagen weg. Ik had voor elke dag één tekeningetje gemaakt en in enveloppen aan hem meegegeven. En omdat ik had begrepen dat hij naar Zwitserland zou gaan, gingen ze allemaal over Zwiterland. Weet niet welke landen hij toen heeft bezocht, maar Zwitersland zat er niet tussen. Ik moet nog steeds lachen als ik die tekening zie. Het vat mij wel een beetje samen, wijdlopig en best verstrooid.

Ludwig Volbeda, fotocredits: prinsdevos.nl
Je staat nog aan het begin van je carrière. Veel leden kunnen zich daarmee vereenzelvigen. Kun je aan hen vertellen hoe jij aan opdrachten komt? Belt Floortje Zwigtman (de auteur van Fabeldieren, het boek dat Volbeda Het gouden penseel opleverde) je op een dag op en vraagt: wil je mijn boek illustreren? Of gaat het net iets anders?
Dat verschilt per opdracht. Soms een schrijver, soms een redacteur, soms start je iets zelf. Na het winnen van de Fiep Westendorp Stimuleringsprijs kreeg ik mijn eerste kinderboekenopdracht van Querido, ‘Hoe Tortot zijn Vissenhart verloor’, geschreven door Benny Lindelauf. Het winnen van die prijs was het duidelijkste moment waarop de eerste lijntjes werden geknoopt naar de schrijvers en uitgeverijen met wie ik nu mag samenwerken.
Heb je tips aan beginnende illustratoren? Voor mij als beginnende illustrator is het belangrijk om steeds opnieuw mijn interesses te onderzoeken. Dat is tekenbrandstof. Als ik die interesses of fascinaties negeer, voel ik geen zin meer om te werken.
Dan heb je ineens een geweldige opdracht. Heb je vanaf dat moment de volledige vrijheid wat je mag maken of moet je tussentijds laten zien welke kant je op gaat met je werk?
Volledige vrijheid en tussentijds werk laten zien sluiten elkaar niet uit. Een redacteur kan suggesties doen en je hebt de vrijheid om die te integreren of niet. Ik ben blij met de suggesties van de redacteurs en schrijvers, en ik behoud zoveel mogelijk vrijheid als per opdracht mogelijk is. Bij boeken lukt me dat beter dan bij redactioneel werk.
Hoe lang werk je aan een illustratie?
Weet ik niet. Leven en tekenen lopen zo door elkaar heen. Iets als de afwas, waarbij je je handen wel gebruikt maar je hoofd vrij hebt, dat is tijd zonder handen op papier maar wel met je hoofd bíj het papier. Hoe noteer ik dat? Voor sommige tekeningen maak ik wel zeven versies, andere staan er in één keer goed op. Tel ik dan de tijd van de laatste versies, of ook van alle mislukkingen? Met andere woorden, het lukt me niet om tijd te tellen. Ik weet wel dat een tekening altijd langer duurt dan dat ik denk, maar ook dat het altijd makkelijker is dan dat ik had verwacht.
Hoe maak je de illustraties? Met de hand? op papier of op een tablet? Of is het een combinatie?
Voornamelijk hand op papier. Maar als ik in kleur werk, werk ik in verschillende lagen die ik digitaal samenvoeg. Dus op één papiersoort staat de zwart-wit laag, op een andere papiersoort de kleurenlaag. De penpuntjes waarmee ik teken zijn zo dun dat ze op ruwer aquarelpapier niet lang goed blijven. Vaak heb ik tijdens het tekenen ideeën die niet meer op de oorspronkelijke laag passen, dan teken ik dan ook op een andere papierlaag. In de computer zet ik alles op elkaar.
Hoe beslis je welke materialen je gaat gebruiken?
Dat vraag ik mezelf ook nog steeds af. Ik wou dat ik een lievelingspapiersoort had. Ik werk met het materiaal waarmee ik op dat specifieke moment het beste mee uit de voeten kan en het meeste plezier aan beleef. Vaak sluit het materiaal toevallig inhoudelijk goed aan bij de tekst.
Wie zijn je grote voorbeelden?
Een selectie. Als ik niet meer weet hoe dat ook alweer moet, tekenen, dan bekijk ik werk van Shaun Tan, Chris Ware, Sempé, Tobias Schalken en William Kentridge. Als ik niet meer weet hoe dat ookalweer moet, nadenken, dan lees ik graag iets van Elias Canetti, J.M. Coetzee, W.G. Sebald, Ted van Lieshout, Primo Levi of Halldór Laxness.
Wat is je eigen favoriete kinderboek vanwege de illustraties?
Shaun Tan maakt mijn favoriete kinderboeken, omdat de illustraties gecombineerd zijn met zijn eigen tekst. Het is volledig autonoom werk, in de vorm van een kinderboek.
Natuurlijk willen we ook weten wat we volgend jaar van je mogen verwachten. Ben je al bezig met een nieuw boek? En doe je dat solo of met een auteur?
Ja, maar daar vertel ik nooit over.
Bij de Illustrator Estafette mag je het stokje doorgeven. Wie wordt de gelukkige?..
Ik wil Floor de Goede graag vragen. Floor is zowel striptekenaar als kinderboekenillustrator, en kan in die hoedanigheid een aantal dingen die ik echt niet kan. Zo zijn zijn karakters echt levend. De mimiek van zijn personages is heel erg goed, hij kan zijn figuren laten dansen of mokken, hij kan ze laten spreken zonder tekst. Heel knap. Daarbij is hij volgens mij ook heel gedisciplineerd. Ik ben benieuwd hoe het is om als striptekenaar ook in de kinderboekenwereld te opereren, en hoe zijn dagen eruit zien.
Dank je wel voor al je antwoorden!
Graag gedaan!