
Een kleine week geleden won ik op de Kinderboeken Facebookgroep een verrassingspakket met drie boeken erin. Een van die boeken was Vogelvrij van de Canadese schrijver Sebastien de Castell. Nu stond dit boek al een tijdje op mijn wenslijstje vanwege de toffe achterflaptekst en de prachtige cover dus sprong ik een gat in de lucht toen dit boek in mijn pakket bleek te zitten. Misschien nog wel leuker dan een boek winnen dat je super graag wilt lezen, was het feit dat Nienke me vroeg of ik een recensie wilde schrijven voor de Kinderboekenblog en deel uit wilde maken van het vaste team. Wie wil er nu geen onderdeel uitmaken van zo’n leuke en unieke blog?! Maar laat ik niet afdwalen en mijn recensie met jullie delen 😉
Waar gaat het boek over?
Om bij de Jan’Tep een magiërsnaam te verdienen moet je aan drie eisen voldoen. Ten eerste moet je de kracht hebben om je familie te verdedigen. Ten tweede moet je de hogere vormen van magie kunnen toepassen die ons volk beschermen. Ten derde moet je simpelweg zestien jaar worden. Een paar weken voor mijn verjaardag kwam ik erachter dat ik aan geen van die drie eisen zou voldoen.
Kellen staat aan de vooravond van zijn eerste duel en moet vier proeven met succes doorlopen om te bewijzen dat hij een echte magiër is. Er is echter één probleem: zijn magie is verdwenen. Als zijn zestiende verjaardag nadert duikt de mysterieuze nomade Ferius Parfax op, die Kellen uitdaagt een ander pad te kiezen. Is zij Kellens enige redding en bieden haar speelkaarten uitkomst?
Wat vond ik ervan?
Dit boek zou zo maar eens mijn favoriet van 2018 kunnen worden <3 Ik ben helemaal verliefd geworden op het verhaal! Het is zo’n ontzettend origineel, spannend en emotioneel boek dat ik het in één ruk heb uitgelezen en geen idee heb wat ik aanmoet met mijn leven nu deel twee nog niet uit is haha. Wat maakte dit verhaal zo ontzettend goed? Nou, dat zal ik je vertellen in vier proeven waar de schrijver voor geslaagd is 😉
De eerste proef: de hoofdpersoon: Kellen. Hij is niet bepaald wat je een held zou noemen. Als je hem als lezer voor het eerst ontmoet is hij egoïstisch, laf, arrogant en vervuld van zelfmedelijden maar tegelijkertijd razend slim en doortrapt. Ik heb echt een zwak voor dit soort personages haha en ik vond het heerlijk en verfrissend om eens een hoofdpersonage tegen te komen dat geen actieheld was, maar het compleet tegenovergestelde. Natuurlijk maakt Kellen in het verhaal een ontwikkeling door dankzij alles wat hem overkomt waardoor hij langzaam zijn moed en waarde ontdekt. Deze ontwikkeling is zo ontzettend mooi en emotioneel neergezet dat ik meermaals met een brok in mijn keel heb gelezen want wat Kellen allemaal moet doormaken, wens je niemand toe.
De tweede proef: de worldbuilding en de plot. De schrijver neemt je mee op een ongelooflijke reis met een sneltreinvaart. De ene spectaculaire gebeurtenis wordt door de volgende gevolgd en afgewisseld met intens emotionele scènes die me onherroepelijk in het verhaal zogen en me deden meeleven met Kellen. De manier waarop de schrijver zijn wereld tot leven weet te wekken, is ontzettend bewonderenswaardig. Zonder saai of langdradig te worden, zet hij zijn magische systeem en politieke wereld stevig neer zodat je als lezer precies weet in wat voor wereld je terecht bent gekomen. Het wrede en nietsontziende systeem van de Jan’Tep was zo realistisch dat ik het moeiteloos voor me zag.
In de wereld van de Jan’Tep is namelijk niets belangrijker dan magie. Degenen die het bezitten staan hoog in aanzien, terwijl degenen die geen magie kunnen gebruiken als slaven worden gebruikt. Slaven die nota bene familie zijn van hun slavenhouders maar behandeld worden als vee in plaats van als familieleden. De Jan’Tep zijn zo bezig met magie dat echt niets anders ertoe doet en dat ze zelfs niet terugdeinzen voor moord en marteling. Tegen die achtergrond zien we Kellens ontwikkeling van redelijk verwende jongen naar een jonge man die strijd voor gerechtigheid en waarheid. Want als je geconfronteerd wordt met wat het betekent om magieloos te zijn in een wereld waar niets belangrijker is dan dat leer je pas wat er echt toe doet en wie je echte vrienden zijn.
De derde proef: de bijpersonages. Ik hou van boeken waarin een hele cast van interessante bijpersonages voorkomen. En dit boek is er gelukkig mee gevuld. Zo heb je de mysterieuze nomade Ferius Parfax die in Kellens leven verschijnt net op het moment dat zijn magie het laat afweten. Ferius is echt zo’n personage waar je verliefd op wordt: ze is sarcastisch, luidruchtig, weet niet wanneer ze haar mond moet houden, heeft lak aan alle regels en omgangsvormen maar ze heeft een geweten en een sterk moreel kompas. Ik vond het geweldig hoe Ferius Kellen het belang van bepaalde dingen deed inzien en hem leerde wat goed en verkeerd is. Ze is een van de leukste mentoren die ik ooit ben tegengekomen in een boek!
Een ander super leuk personage is de eekhoornkat Reichis <3 Ik heb een zwak voor dierlijke personages, vooral als ze sarcastisch, droog en ondeugend zijn en niet weten wanneer ze een gevecht aan moeten gaan en wanneer ze beter kunnen vluchten haha. De interactie tussen Kellen en Reichis is echt heerlijk en ik heb meerdere malen in een deuk gelegen om de twee.
Kellens oom Abydos is een van de interessantste en meest complexe personages in dit verhaal. Omdat hij geen magie heeft, is hij een Sha’Tep die als bediende voor zijn broer en diens vrouw en kinderen fungeert. In het begin van het boek heb je niet eens door dat hij onderdeel van de familie is door de manier waarop hij behandeld wordt. Het lijkt alsof hij zich schikt in de rol die het lot hem toebedeeld heeft, maar schijn kan bedriegen 😉
De douarière-magiër Mer’esan was een personage dat me enorm nieuwsgierig maakte. In het begin heb je zoiets van ‘Wat wil ze in hemelsnaam van een jongen die geen magie heeft?’ maar langzaam en op meesterlijke wijze wordt dit uit de doeken gedaan totdat Kellen een geheim over zijn volk ontaardt dat zijn hele wereld op zijn kop zet en hem voor eens en altijd doet beseffen dat de manier waarop de Jan’Tep leven en heersen slecht is.
Ook Kellens zusje Shalla, zijn beste vriend Panahsi, zijn aartsvijand Tennat en zijn love interest Nephenia zijn gelaagde bijpersonages die het verhaal verrijken.
De vierde proef: de schrijfstijl. Ik heb echt enorm genoten van Sebastiens schrijfstijl. Humoristisch, emotioneel, spannend en heerlijk vlot. Vanaf de eerste zin wist hij me te boeien en te pakken. Geen enkel moment verloor hij mijn belangstelling of verslapte zijn greep op me.
Mocht je nog niet overtuigd zijn of je dit boek nu wel of niet wilt lezen dan probeer ik je toch nog even over de streep te halen want dit boek is fantastisch! Het heeft een origineel en cool magiesysteem, geweldige worldbuilding, een ontzettend leuke cast van bijpersonages en een hoofdpersonage dat heel erg verschilt van de meeste hoofdpersonen in YA verhalen en het boek is gewoon super spannend en vlot geschreven <3